ww3psev2 w7

Invuloefening

Vul in:
1 Pas op, je je in de vinger!(snijden)
2 jij dit touwtje even door? (Snijden)
3 Ik het vlees wel even.(snijden).
4 Dit mes niet goed. (snijden)
5 Moeder niet zoveel als vroeger. (breien)
6 De boot door het water (glijden)
7 Gestolen goed niet (gedijen).
8 Waarom je hem altijd uit?(schelden)
9 Ik hem niet uit, hij mij uit (schelden)(schelden)
10 Moeder de aardappelen en de groente (schillen)(wassen)
11 Daar Sinterklaas de zaal binnen! (treden).
12 Waarom je niet strenger tegen die belhamels op? (treden).
13 Vandaag ik als voorzitter van onze club af (treden).
14 De secretaris ook af (treden).
15 Als het , het jongetje de hele middag(sneeuwen)(sleeën)
16 Ik u mijn verontschuldigingen aan (bieden)
17 Hoeveel je voor dit schilderij? (bieden).
18 Wie er meer! (bieden)
19 Mijn moeder en de hele morgen(zingen)(neuriën)
20 Je het nooit (raden)
21 Wat je mij aan nu te doen? (raden)
22 u mij aan naar die betrekking te solliciteren?(Raden)
23 Waarom je zo bedenkelijk het hoofd? (schudden)
24 Iedere morgen vader mij wakker (schudden).
25 Ik die sommen uit mijn mouw.(schudden)