w15vt

Invuloefening

Vul in:
W.15

1 Zijn familie wel drie keer per jaar (verhuizen)
2 Mijn opa vroeger op zaterdag(vissen)
3 De werkman de spoorstaven aan elkaar(lassen)
4 De leerlingen de boeken met mooi papier(kaften)
5 Mijn oom iedere dag naar Amsterdam(reizen)
6 Ik mijn vrije vakantiedagen(missen)
7 De honden toen er een inbreker verscheen (blaffen)
8 De taart door het gist (rijzen) .
9 De paarden vrolijk door de wei (draven)
10 De indianen de strijdbijl (begraven) .
11 Wij een mooi bedrag aan geld van onze tante (erven)
12 Veel mensen een computer aan(schaffen)
13 De geleerden hun nieuwe uitvinding ( beproeven)
14 De trein door de nieuwe tunnel(suizen)
15 Niemand nog in de overwinning(geloven)
16 De voetballers om weer te verliezen (vrezen)